Verbeterde noodoproepen voor Webex Calling

Alarmdiensten voor Webex Calling

Dankzij Webex Calling zijn er twee manieren om uw alarmdiensten voor gebruikers in te stellen en te beheren.

Nomadische E911-service— Fase 2 van de RAY BAUM'S Act ging in januari 2022 van start en vereist dat noodoproepen een correct verzendadres verzenden voor niet-vaste apparaten en voor nomadische gebruikers (bijvoorbeeld een gebruiker van de Webex-app die zijn app buiten het bedrijf gebruikt). Deze E911-service biedt de configuraties en instellingen om te voldoen aan de regelgevende vereisten indien geconfigureerd volgens de juridische behoeften. Wanneer een gebruiker de Webex-app naar een locatie op locatie brengt, wordt de gebruiker gevraagd het verzendadres in te voer. Webex Calling gebruikt dit adres voor verzending als de gebruiker een 112-gesprek plaatst vanaf die locatie. De Webex-app detecteert netwerkwijzigingen en vraagt de gebruiker om alleen een adres in te voeren wanneer de gebruiker verbinding maakt via een ander netwerk buiten de locatie. Wanneer de gebruiker verbinding maakt met een netwerk buiten de locatie waarvoor hij/zij al een adres heeft opgegeven, wordt in de Webex-app automatisch gebruikgemaakt van het eerder voor dat netwerk opgegeven adres.

Wanneer een gebruiker een noodoproep doet vanaf een lijn die bij een andere locatie hoort, wordt de noodoproep doorgestuurd naar de dichtstbijzijnde PSAP-locatie op basis van de fysieke locatie van het apparaat. Voor meer informatie, zie Configuratie van gedeelde lijnen en virtuele lijnen op meerdere locaties.

Dit artikel richt zich op de uitgebreide noodhulpdienst (E911).

Voor informatie over de National Suicide Prevention Lifeline en de Veterans Crisis Line voor Webex Calling, zie: Verbeterde 988 National Suicide Prevention Lifeline voor Webex Calling.

Verbeterde controlelijst voor noodoproepen

Met de volgende stappen kunt u de vereiste informatie verzamelen om deze service met succes in te stellen:

Ontvang uw RedAccount.
Waarschuwingen instellen: zorg ervoor dat u het e-mailadres van de personen binnen de organisatie ontvangt om meldingen te ontvangen wanneer een gebruiker de 911-service kiest.
Netwerk wire-map configureren: u hebt draadloze toegangspunt- of netwerkinformatie van de gebruiker nodig. Als u de exacte locatie van de gebruiker in uw kantoorruimte (op locatie) wilt detecteren, hebt u informatie nodig over één of beide van deze netwerkelementen:
- MAC-adres van draadloos toegangspunt
- LLDP switch MAC
- Poortinformatie voor bekabelde apparaten
- Subnetinformatie van IP-adressen voor al uw locaties op locatie.

Met het netwerk dat het apparaat van de gebruiker verbonden is, helpen de configuratiedetails om de locatie op locatie automatisch te bepalen.

Voordat u verdergaat naar het volgende gebied, moet u ervoor zorgen dat u de benodigde informatie hebt om alle stappen te configureren. Raadpleeg de Beheerhandleiding voor gedetailleerde informatie over het configureren van de bovenstaande instellingen.

In Control Hub:

Service-instellingen bijwerken
Schakel noodoproepen in al uw locaties in de VS in.
Test het serviceadres in nood door vanaf elk van deze locaties 933 te bellen.

Workflow voor integratie van E911-service verwerken

Vanaf een inrichtingspunt is deze service geïntegreerd met integratie Webex Calling in Control Hub. Voor deze integratie is echter provisioning en validatie met twee onafhankelijke portals vereist.

De primaire koppeling tussen de systemen vanuit een inrichtingspunt is de HELD-bedrijfs-id en de geheime sleutel van de Redksy-beheerportal. Wanneer uw RedAccount wordt gemaakt, worden automatisch een bedrijfs-id en geheime sleutel gekopieerd naar uw Webex Calling configuratiewizard. Deze bedrijfs-id en deze geheime sleutel worden gebruikt om te communiceren via verschillende communicatieprotocollen naar RedToon (HELD-aanvragen van HELD-apparaten die een locatie leren, gesprekssignalering wanneer bellen naar 911- of 933-gesprekken) en met de bedrijfs-id en geheime sleutel kan deze service de aanvragen naar de juiste klant in de cloud sturen.

Het volgende diagram toont de algemene provisioningstroom voor de integratie van deze E911-service met Webex Calling. Items gemarkeerd met een klokpictogram staan voor inrichtings- en validatiestappen die meer tijd vereisen. Verkeerde inrichtingscombinaties of onvolledige validatie kunnen leiden tot verkeerd behandelde gesprekken.

Diagram met de algemene inrichtingsstroom voor het integreren van de E911-service met Webex Calling.

Uw E911-account maken

Webex Calling klanten met gebruikers in de VS het recht hebben een account te krijgen. Gebruikers in Canada kunnen ook een account aanmaken of een licentie kopen. Stel noodoproepinstellingen in voor locaties in de VS en Canada binnen uw organisatie, zodat deze voldoen aan de vereisten van uw staats- en federale regelgeving.

Partners moeten een eentijds onboarding met Red Helese gebruiken om een account met partnerrechten te maken. De workflow voor het maken van een account is als volgt:

Accountgegevens
Service-instellingen bijwerken
Configureer E911-locaties.
Waarschuwingen instellen
Netwerkelementen
Schakel noodoproepen in.

Partnerbeheerder
Klantbeheerder

Een E911-account maken

Wanneer u Control Hub gebruikt om E911-accounts voor klanten te maken, worden de accounts gemaakt onder Cisco E911-account. Als u de E911-account wilt maken onder uw (Partner) RedMenu-account zodat u de instellingen op de E911-beheerdersportal van de klant kunt beheren en configureren, dient u dit proces te volgen om een aanvraag te verzenden via de instelling van het E911-klantaccount.

Partners moeten een een time onboarding met Red Helesen om hun account te verbeteren en om partnerrechten te krijgen.

1	Om uw E911-account te krijgen, vindt u de E911-klantaccount instellen bot. Typ de botnaam of e-mail-id: E911Account@webex.bot in de zoekoptie van de Webex-app.
2	Typ de ondersteuning om het accountaanvraagformulier op te halen.
3	Vul alle gevraagde gegevens in op het formulier en klik op Verzenden. U ontvangt een melding zodra het maken van het account is voltooid. Dit proces kan tot twee werkdagen in duren. Als u onjuiste gegevens optreedt, zoals een ongeldige abonnements-id, kan het accountproces vertraging oplopen.

Als het E911-account al voor uw klant is gemaakt en u deze niet onder uw E911-account ziet, kunt u deze stappen gebruiken om het E911-account van de klant naar uw E911-account te verplaatsen.

Toegang tot een bestaand E911-account

Toegang tot uw E911-account

Gebruik deze stappen om u aan te melden bij een bestaand E911-account.

1	Selecteer Aanmelden bij bestaand accountom u aan te melden bij een bestaand RedAccount.
2	Voer het e-mailadres van de partnerbeheerder in, dat is gebruikt om het E911-account van de partner in te stellen.
3	Geef het wachtwoord voor de partnerbeheerder voor die beheerder op.
4	Voer de Red Hun organisatie-id in die is gekoppeld aan de Webex Calling klant. Met dit veld kunt u de vereiste klantaccount beheren omdat de partner is gekoppeld aan meerdere klanten. U vindt de organisatie-id door de volgende stappen uit te voeren: Meld u aan bij de E911-beheerportal. Selecteer de klant en de gekoppelde beheerportal die betrekking hebben op de weergave van de klant. Zoek op het dashboard naar de kaart ID en Toegangscodes. U vindt de organisatie-id. Gebruik deze waarde in het veld RedEn organisatie-id .

Een E911-account instellen

U kunt geen gebruik maken van de E911-service

Kies de optie Deze organisatie afmelden als uw PSTN-serviceprovider de noodoproepservice voor uw organisatie verzorgt. De PSTN provider verzendt het serviceadres in nood dat is gekoppeld aan het telefoonnummer. Stel instellingen voor noodoproepen in voor locaties in de VS in uw organisatie om te voldoen aan de vereisten die zijn gedefinieerd voor uw staat en federale regelgeving. Zie Alarmnummer op basis van telefoonnummer (of terugroepnummer in nood) voor meer informatie.

E911-accountinstellingenscherm in Control Hub met de optie 'Deze organisatie afmelden' gemarkeerd.

Een bestaand account openen

Kies deze optie om Red Aan te bieden als u noodoproepen wilt afhandelen voor uw Webex Calling organisatie.

Selecteer Inloggen op bestaand account om in te loggen op een bestaand RedSky-account.

U hebt de RedSky-organisatie-ID nodig wanneer u de partnerbeheerdersreferenties gebruikt om het E911-account in te stellen.
Voer het e-mailadres van de klantbeheerder in. Dit is het e-mailadres dat is gebruikt om het E911-account van de klant in te stellen.
Voer het wachtwoord voor de klantbeheerder voor die beheerder in.

Cisco sla uw aanmeldgegevens niet op. De aanmeldgegevens worden eenmaal gebruikt om uw Red Hele bedrijfs-id-informatie van Red Te verkrijgen en koppelt uw RedAccount aan de Webex Calling organisatie.
- De wizard voorst bepalingen het verzoek. Hiermee worden de HELD Company ID- en Secret Key-informatie voor het adres van de beheerder gevalideerd met de gegevens in Control Hub.
  
  Als u handmatig de HELD-bedrijfs-id en de geheime sleutel hebt ingevoerd in Control Hub, valideert de installatiewizard met uw accountgegevens. Als de waarden niet overeenkomen, verschijnt er een waarschuwing. Als u het nieuwe account wilt blijven gebruiken, worden de huidige configuraties bijgewerkt in Control Hub en wordt de vorige informatie overschreven.
- Selecteer Ik ga akkoord met het bijwerken van Control Hub met de optie RedAccountinformatie van mijn organisatie en klik op Volgende.

Een nieuw account maken

Als u nog geen RedSky-account heeft, moet u een nieuw account aanmaken.

Het e-mailadres moet uniek zijn voor elke E911-account en hetzelfde e-mailadres voor de beheerder mag geen onderdeel zijn van twee E911-accounts.

Eén beheerdergebruiker is ingericht door de installatiewizard. Deze beheerder kan volgende beheerdersaccounts toevoegen als uw organisatie meerdere beheerders wil hebben om noodinstellingen te beheren.

Selecteer Account maken om een nieuw account te maken.
Voer het beheerders-e-mailadres in dat u wilt gebruiken als RedSky-beheerderslogin.
Voer de organisatie-ID van de partner in. Meld u aan bij het RedSky-portaal als partnerbeheerder. Kopieer uw organisatie-ID van het dashboard en voer de ID in het veld in.

Voor klanten die zijn aangemeld bij RedSky, neem contact op met support@redskytech.com om de klant naar de betreffende partner te verplaatsen.
Klik op Volgendeom uw account en de beheerder in te stellen.
De wizard regelt de aanvraag. Deze valideert de HELD Company ID en Secret Key-informatie voor het adres van de beheerder met de gegevens in Control Hub.

Als u handmatig de HELD-bedrijfs-id en de geheime sleutel in Control Hub hebt ingevoerd, valideert de installatiewizard met uw accountgegevens. Als deze niet overeenkomen, wordt er een waarschuwing weergegeven. Als u het nieuwe account wilt blijven gebruiken, worden de huidige configuraties bijgewerkt in Control Hub en wordt de vorige informatie overschreven.
Selecteer de optie Ik ga ermee akkoord Control Hub bij te werken met de RedSky-accountgegevens van mijn organisatie en klik op Volgende.
U ontvangt een e-mailbericht zodra het account succesvol is aangemaakt. Beheerders kunnen hun wachtwoord opnieuw instellen met behulp van de koppeling.

De service voor noodoproepen configureren

1	E911-locaties configureren: voeg uw gebouw en locaties toe in Red Ook. Voor elke locatie in de VS of Canada met uniek verzendadres moet u de gegevens toevoegen in de Portal RedEnportal. Bijvoorbeeld: 170 West Tasman Drive San Jose, CA 95134-1706 VS is het gebouwadres en locaties kunnen Oost-Doornman, 1e verdieping of Conferentieruimte 2e verdieping in het gebouw zijn. Als uw organisatie meerdere locaties met verschillende beheerders heeft die elke locatie beheren, stelt u de E911-configuraties voor elke locatie afzonderlijk in. U moet volledige gegevens hebben voor de meerdere locaties in uw organisatie, zoals het gebruik van apparaten, locaties en wiremaps, om door te gaan met de configuraties. Als u alleen informatie hebt voor een specifieke locatie, klikt u op Opslaan en afsluiten en start u de wizard vanaf de specifieke locatie. Ga naar Uitgebreid bellen in nood en stel de belinstellingen in met de wizard E911-locatie configureren . Zie De E911-service voor alle Webex Calling inschakelen voor meer informatie.
2	Selecteer Ik bevestig dat ik mijn E911-locaties heb bijgewerkt en dat als u dit niet doet, mijn gesprekken opnieuw worden omgeleid naar relaiscentra. De kosten voor het relaiscentrum-gesprek worden weer gefactureerd naar de partner en/of klant. Klik op Volgende.
3	Waarschuwingen instellen: u kunt de waarschuwingen voor individuele of meerdere locaties instellen. Selecteer Ik bevestig dat ik de instellingen voor Waarschuwingen heb bijgewerkt in de E911-beheerdersportal. Klik op Volgende. Zie Installatiewaarschuwingenvoor meer informatie over de configuratie. De FCC-regelgeving verplicht ondernemingen om een alarmteam op de hoogte te brengen wanneer een werknemer een gesprek naar 112 maakt.
4	Netwerkelementen configureren: voltooi deze configuraties in de RedServerportal en selecteer Ik bevestig dat ik de locatieconfiguratie heb gelezen en inzicht heb in de beheerportal E911 om 911-bellerlocaties te detecteren in de wizard. Deze activiteit is tijdrovend. Zie Beheerhandleiding voor meer informatie over het configureren van netwerkelementen. Klik op Volgende. Nadat de configuratie is voltooid, kan RedOpties informatie over de netwerkverbinding ontvangen en gesprekken testen om MPP-telefoons toe te staan oproepen te plaatsen naar het noodtestnummer 933 van RedPp. De testgesprekken controleren of de adresgegevens correct worden gevraagd.
5	Noodoproepen inschakelen: met deze configuratie kunnen 911-gesprekken worden omgeleid naar RedServer. Selecteer Ik bevestig dat ik de instellingen voor Waarschuwingen in de beheerportal van E911 heb bijgewerkt en klik op Klaar.

Noodoproepen opnemen

Als beheerder kunt u de opname van noodoproepen in- of uitschakelen om de analyse van incidenten te verbeteren en de training binnen uw organisatie te verbeteren. Beheer de instellingen voor het opnemen van noodoproepen in Control Hub om te voldoen aan het beleid van uw organisatie en de wettelijke vereisten.

Voordat u begint, raden wij u aan de volgende belangrijke overwegingen door te nemen:

Voorwaarden

Algemene gespreksopname moet ingeschakeld zijn voor uw organisatie.
U moet een opnameprovider selecteren voordat u de opname van noodoproepen kunt activeren.

Hoe het opnemen van noodoproepen werkt

U kunt noodoproepen opnemen, zelfs als de gespreksopnameservice niet is ingeschakeld voor de lijn die de oproep uitvoert.
De instellingen voor het opnemen van noodoproepen overschrijven de standaardinstellingen voor het opnemen van oproepen voor lijnen. Dit omvat de modus, aankondigingen en tonen. Webex speelt geen aankondigingen of tonen af tijdens opnames van noodoproepen.
De noodoproep wordt niet onderbroken als de opname niet start of tijdens het gesprek stopt. Webex stuurt geen meldingen of aankondigingen naar de beller of gebelde over een mislukte opname.

Opslag en metadata

Webex slaat noodoproepen op op basis van de provider en de opslaglocatie die voor uw organisatie of locatie zijn geconfigureerd. De bewaartermijnen zijn afhankelijk van de opslagconfiguratie van de provider en het beleid van uw organisatie.
De metagegevens van elke opname laten zien wie de eigenaar is van de gebruikte lijn, bijvoorbeeld een gebruiker, werkruimte of virtuele lijn. De metagegevens helpen bij het correct identificeren van de eigenaar van de opname en bevatten een indicator voor noodoproepen of terugbelverzoeken naar het Public Safety Answering Point (PSAP).

Toegang en beheer

Alleen compliance-functionarissen kunnen alle opnames van noodoproepen afspelen, weergeven of verwijderen. Eindgebruikers hebben alleen toegang tot opnamen als gespreksopname is ingeschakeld voor hun lijn en de machtigingen dit toestaan. Voor externe opnameproviders kunnen sommige opnamen anoniem zijn als er geen externe identificatiegegevens zijn toegewezen.
Gebruikers kunnen de opname van noodoproepen niet pauzeren of stoppen. Het systeem geeft geen opnamebedieningen weer op de bureautelefoons of andere eindpunten tijdens noodoproepen.
Het systeem activeert PSAP-callbackopnamen alleen wanneer het de callback identificeert met behulp van de SIP-prioriteitsheader. Er worden geen opnames geactiveerd voor andere detectiemethoden, zoals het Emergency Location Identification Number (ELIN).
Instellingen voor noodoproepen kunnen ook worden beheerd via Webex API's.

Beperkingen en uitzonderingen

Deze functie is niet van toepassing op oproepen die via het netwerk worden omgeleid (inclusief on-premises of trunking-scenario's, zoals een speciale instantie).
Deze functie is niet van toepassing op gesprekken die worden geïnitieerd vanuit Contact Center (Real Time Media Service (RTMS)-trunk).
Als gebruiker A gebruiker B belt en gebruiker A gebruiker C toevoegt om een conferentie te vormen (met gebruiker A als de conferentiebeheerder), maar gebruiker A niet is ingeschakeld voor gespreksopname, dan wordt het gesprek op dit punt niet opgenomen als gebruiker C het gesprek doorverbindt naar een alarmnummer (en het alarmnummer meeneemt in de conferentie).
In het volgende scenario wordt een noodoproep niet geregistreerd:
- Gebruiker A start een oproep naar gebruiker B.
- Gebruiker A, die geen gespreksopnamefunctie heeft, voegt gebruiker C toe om een telefonische vergadering te starten (gebruiker A fungeert als conferentiebeheerder).
- Gebruiker C schakelt het gesprek door naar een alarmnummer en voegt het alarmnummer toe aan de conferentie.
- Op dit moment wordt het gesprek niet opgenomen.

Noodoproepopname inschakelen voor een organisatie

Als beheerder kunt u het opnemen van noodoproepen voor uw organisatie inschakelen en beheren. U kunt alle noodoproepen opnemen, ongeacht de lijn of het apparaat dat u gebruikt om de oproepen te doen.

1	Meld u aan Control Hub.
2	Ga naar Diensten > Belen klik op het tabblad Service-instellingen.
3	Blader naar het gedeelte Gespreksopnames.
4	Onder Noodoproepenschakelt u Noodoproepen opnemen in.
5	Klik op Opslaan.

Wanneer u het opnemen van noodoproepen op organisatieniveau inschakelt, wordt dit als standaardinstelling voor alle locaties ingesteld. U kunt deze instellingen indien nodig voor afzonderlijke locaties overschrijven.

Noodoproepopname inschakelen voor een locatie

Gebruik deze stappen om de instellingen voor het opnemen van noodoproepen op organisatieniveau voor een specifieke locatie te overschrijven.

1	Meld u aan Control Hub.
2	Ga naar Management > Locatiesen selecteer de locatie waar u de opname van noodoproepen wilt inschakelen.
3	Ga naar het tabblad Bellen.
4	Blader naar het gedeelte Gespreksafhandeling en selecteer Gespreksopname.
5	Selecteer onder Noodoproepeneen van de volgende opties: Standaardinstellingen voor noodoproepen— Gebruikt de standaardconfiguratie van de organisatie voor nalevingsaankondigingen, gespreksopnameprovider, opslaglocatie en de instellingen voor gespreksopnamegedrag. Selecteer verschillende instellingen voor noodoproepen—Toont de schakelaar Noodoproep opnemen, die standaard is ingeschakeld. Met deze schakelaar kunt u het opnamegedrag voor noodoproepen voor een specifieke locatie aanpassen. Gebruik dit als u de standaardinstellingen van de organisatie voor specifieke locaties wilt overschrijven.
6	Klik op Opslaan.

Red Hun rol in de Webex Calling E911-service

Ondersteuning van de locatie per apparaat is alleen van toepassing op MPP-apparaten die geschikt zijn voor HELD en de Webex-app . Dit is niet van toepassing op de Webex Calling-app of niet-HELD-apparaten.

Control Hub biedt een integratiepunt voor ondernemingen om verbinding te maken met hun RedAccount. De service wordt per locatie ingeschakeld. Wanneer een locatie volledig is ingeschakeld in Control Hub, worden noodoproepen (933 voor testgesprekken en 911 voor noodoproepen) geplaatst vanaf alle telefoons en soft clients die zijn toegewezen aan die locatie in Control Hub, gebruik maken van verbeterde 911-services. RedMenu biedt een portal voor gespreksbeheer in noodgevallen om noodinstellingen te configureren.

De rol van RedSky in de oplossing is als volgt:

Onderhoudt de database met inrichtende partners/klanten die wordt gebruikt om een noodoproep toe te wijsbaar te maken aan een verzendbare locatie.
Op basis van de om verzendbare locatie van een belapparaat, worden noodoproepen doorgestuurd naar de juiste PSAP met informatie waarmee de PSAP de locatie kan bepalen waar noodpersoneel moet worden verzonden en het terugbellennummer.
Genereert optionele meldingen naar medewerkers in het bedrijf.
Voor abonnementen met verbeterde licenties slaat u het zakelijk personeel over naar noodoproepen die door zakelijke gebruikers worden geplaatst en geeft u popmeldingen.

Deze functie is niet inbegrepen in het gratis Cisco-licentiepakket.

Installatiewaarschuwingen: E911-service noodoproepmeldingen

Om te voldoen aan de Openbare wet 115-127, ook bekend als de wet van Kareni, moet elk gesprek dat vanuit uw organisatie naar alarmdiensten wordt gemaakt, een e-mailmelding genereren. U kunt meldingen over alle locaties inschakelen of meldingen voor individuele locaties aanpassen. Deze kunnen worden verzonden naar locatie-specifiek beveiligingspersoneel. Met de E911-serivce kunt u meldingen ontvangen bij bedrijfspersoneel via e-mail, SMS of een bureaubladtoepassing. Deze is geconfigureerd in de redAccountbeheerdersportal.

Abonnementsscherm toevoegen in het RedSky-beheerportaal.

Wanneer u meldingen voor noodoproepen configureert in de beheerportal van RedAccount, kunt u het volgende doen:

Geef meerdere e-mailadressen en SMS-ontvangers op. U kunt bijvoorbeeld wilt dat uw alarmteam, beveiligingsmedewerker en/of uw hoofd receptionist deze meldingen ontvangt.
Stel waarschuwingen in wanneer een 933-testgesprek wordt geplaatst of wanneer een apparaat een HELD-verzoek uitvoert vanaf een onbekende locatie, zodat de beheerder kan controleren waar de gebruikers verbinding maken.

Locatiedetectie

Webex Calling ondersteunt de mogelijkheid om beweging van apparaten te detecteren binnen uw bedrijf of organisatie met gebruik van de handmatige 911-service. Hiermee kunt u verschillende noodnummers instellen voor verschillende afdelingen binnen uw onderneming of organisatie.

De E911-service ondersteunt de volgende typen locatiedetectie:

Dynamische locatiedetectie voor apparaten die zich binnen het pand verplaatsen.

Voor HELD-compatibele multiplatformfirmware (MPP) is de locatiedetectie gebaseerd op netwerkdetectie. MPP-apparaten gebruiken een protocol genaamd HTTP Enabled Location Delivery (HELD) om hun netwerkomgevingsinformatie (upstream LLDP-switch, draadloze toegangspunten (WAP) BSSID, IP-adres of hun MAC-adressen) te rapporteren aan de RedSky HELD-service.
Voor de HELD+-compatibele Webex-app op het bureaublad is de locatiedetectie gebaseerd op netwerkdetectie om informatie over de netwerkomgeving (upstream LLDP-switch, BSSID van draadloze toegangspunten (WAP), IP-adres of standaard MAC-adres van de upstream gateway) te rapporteren aan de RedSky HELD+-service (Cisco Discovery Protocol (CDP) wordt niet ondersteund).

Dynamische locatiedetectie voor mobiele clients die buiten de locatie werken.

Voor de HELD+-compatibele Webex-app op desktop- en mobiele platforms (tablets) die geen mobiele verbinding hebben, is locatiedetectie gebaseerd op netwerkdetectie, waaronder de BSSID van het draadloze toegangspunt (WAP), het IP-adres, het standaard MAC-adres van de upstream gateway en port/chassis van een upstream-switch. De Webex-app stuurt alle hierboven vermelde beschikbare netwerk-ID's naar RedSky. Als RedSky vaststelt dat het apparaat zich op een bekende locatie bevindt, wordt de locatie van de gebruiker automatisch bijgewerkt. Als de Webex-app bij het aanmelden detecteert dat het apparaat naar een onbekende locatie is verplaatst, wordt de gebruiker gevraagd een nieuw adres bij te werken. Als de gebruiker echter al is aangemeld wanneer er een onbekende locatie wordt gedetecteerd, wordt de gebruiker niet gevraagd om toestemming en wordt de rode X weergegeven in de voettekst van de Webex-app. De gebruiker kan op de rode X klikken om zijn locatie bij te werken. RedSky valideert en slaat de nieuwe locatie op. Wanneer de gebruiker via de Webex-app 112 belt, wordt dit adres gebruikt als noodadres.

Negeer alle VPN- en virtuele netwerkinterfaces op Webex-desktop (Windows en MacOS). Voor Windows gebruikt de Webex-app MSFT_NetAdapter - de Booleaanse virtuele parameter om VPN en virtuele interfaces uit te filteren.

Detectie van apparaatlocatie is opgelost. Dit zijn apparaten die niet bewegen.

Detectie van locatie op basis van telefoonnummers: Voor apparaten die niet HELD-compatibel zijn, zoals mobiele apparaten zonder mobiele toegang, softphoneclients en alle niet-Cisco-CPE-apparatuur (Customer Premises Equipment), wordt de locatiebepaling gebaseerd op de beller-ID die is opgegeven in de test- of noodoproep.

Wanneer u de E911-service in een Webex Calling-implementatie gebruikt, worden de volgende methoden gebruikt om de locatie voor verschillende clienttypen te bepalen:

Voor HELD+-compatibele Webex-apps op desktop- en mobiele platforms (tablets) die geen mobiele verbinding hebben, is de locatiedetectie gebaseerd op netwerkdetectie, net als bij HELD-apparaten.
De Webex-app op een mobiel platform met een mobiele verbinding maakt geen gebruik van RedSky. Deze mobiele apparaten verzenden noodgesprekken rechtstreeks naar het mobiele netwerk met de systeemeigen ller, die voor locatiegegevens.
MPP-apparaten die het HELD-protocol ondersteunen, bieden netwerkverbinding en apparaatinformatie tijdens een HELD-transactie. RedSky analyseert dit om informatie over de verzendlocatie te identificeren op basis van de wiremap (informatie voor netwerkontdekking) die is ingericht in de portal van RedSky.
Eindpunten die niet gebruikmaken van HELD zijn ingericht met statische, locatiegegevens die zijn gekoppeld aan een E.164-beller-id. Dit telefoonnummergebaseerde adres wordt ook gebruikt als de netwerklocatie van een HELD-compatibel MPP-apparaat niet kan worden bepaald met behulp van netwerkdetectie.

Raadpleeg de beheerdocumentatie voor meer informatie over het configureren van waarschuwingen, gebouwen, locaties en wiremaps in de RedSky-beheerportal. Als de E911-service geen locatie kan vinden die kan worden ingezet voor een apparaat dat een noodoproep plaatst, wordt de oproep doorgestuurd naar een noodoproepcentrale. De relaiscentrumagent werkt samen met de beller om te bepalen hoe de alarmoproep het beste wordt omgeleid. De gesprekskosten van het Relay Center worden aan de klant doorberekend als de gebruiker het noodadres niet in de Webex-app heeft opgegeven of als de beheerder de configuratie in de RedSky-beheerportal onjuist heeft ingesteld.

Impact van virtuele lijn op locatiedetectie:

Implementatiescenario's

PSTN voor E911-service ingeschakelde locaties

In dit scenario worden noodoproepen geïdentificeerd en verzonden naar de E911-service in plaats van de geconfigureerde PSTN. Deze omleiding vindt plaats voor alle eindpunten op de locatie waar RedSky is ingeschakeld, waaronder voor vaste telefoons en draagbare eindpunten (zoals mobiele telefoons, tablets en laptops) voor alle gebruikers op de locatie. (Een uitzondering: Mobiele telefoonclients sturen noodoproepen rechtstreeks naar de mobiele provider.

Diagram waarin wordt getoond hoe noodoproepen worden geïdentificeerd en verzonden naar de E911-service in plaats van naar het geconfigureerde PSTN.

Lokale gateway en locaties voor ingeschakelde E911-service

In dit scenario worden noodoproepen geïdentificeerd en verzonden naar de E911-service in plaats van naar de lokale gateway. Deze route wordt uitgevoerd voor alle eindpunten op de locatie waar deze service is ingeschakeld, inclusief de eindpunten voor gebruikers die aan de locatie zijn toegewezen.

Diagram waarin wordt getoond hoe noodoproepen worden geïdentificeerd en doorgestuurd naar de E911-service in plaats van naar de lokale gateway.

Multinationale implementatie

In dit scenario is op Locatie A RedSky niet ingeschakeld: alle gesprekken (PSTN- en noodoproepen) worden via de lokale gateway omgeleid. Op Locatie B is RedSky ingeschakeld voor de locatie VS/Canada: noodoproepen worden naar RedSky omgeleid.

Diagram waarin Locatie A (niet RedSky-compatibel - alle oproepen (PSTN en noodgevallen)) via de lokale gateway worden gerouteerd en Locatie B (RedSky-compatibel voor US/Canada locatie) noodoproepen doorgestuurd naar RedSky.

Vereisten voor integratie van E911-service met Webex Calling

Tabel 1. Vereisten voor integratie met Webex Calling
Onderdeel	Vereiste

RedSky	Gebruikers van Webex Calling in de VS hebben recht op deze service met hun Webex Calling-recht. Gebruikers in Canada kunnen de RedSky-licentie verkrijgen via Cisco of hun servicepartner. Beheerders hebben toegang tot het RedSky-beheerportaal. Met deze stap krijgt u toegang tot een HELD-bedrijfs-ID en geheime sleutel. Bereid de volgende configuratie voor in de RedSky-beheerportal voor locatiebepaling voor de volgende typen apparaten: Gesprekken vanaf HELD-apparaten die wiremapgegevens gebruiken voor locatiebepaling (MPP-telefoons) Zorg ervoor dat u toegang verleent tot https://api.wxc.e911cloud.com en https://wxc.e911cloud.com. De telefoon- en Webex-client communiceren met de RedSky-service via poort 443. Zie de Beheerdocumentatie van Red Aan voor meer informatie.
Control Hub- en Webex Calling-organisaties	Een Control Hub-organisatie (betaald abonnement) met Webex Calling-licenties: de HELD-bedrijfs-ID en geheime sleutel zijn vereist om E911 Calling te activeren. Voer deze waarden in de velden Bedrijfs-ID en Geheime sleutel van de Control Hub in. Krijg toegang tot de klantweergave in Control Hub met een volledig beheerdersaccount In de VS en Canada kunt u E911 gebruiken voor noodoproepen. Buitenlandse locaties gebruiken nog steeds PSTN voor noodoproepen.
Control Hub en locaties	Schakel de schakelaar Automatische locatieconfiguratie in de E911-portal in Control Hub in om automatisch de E911-service te maken voor elk gebouw en elke locatie die aan Redsky in de VS of Canada wordt toegevoegd. Voor Webex Calling-klanten is de schakelaar standaard uitgeschakeld. Voor Webex Wholesale staat deze schakelaar standaard aan. Wanneer u een locatie verwijdert, worden het gebouw en de locatie niet automatisch uit het RedSky-portaal verwijderd. De gebouwen en locaties kunnen namelijk aan netwerkelementen worden gekoppeld.
APPARATEN MET HELD-captabele	Voor APPARATEN met HELD geschikte apparaten geldt dat zodra een locatie is ingeschakeld voor deze service. Webex Calling apparatenbeheersystemen bijgewerkte apparaatconfiguraties genereren om DE HELD-functionaliteit in te schakelen. Hersynchroniseer of initialiseer elk HELD-apparaat om de nieuwe configuratie op te pikken. Als de beheerder dit niet doet, kan het apparaat binnen 24 uur controleren op configuratie-updates. Totdat dit gebeurt, gebruiken de apparaten geen HELD voor locatievoorzieningen. De telefoons gebruiken gedownloade configuratieparameters voor toegang tot de LIS (Location Information Server) van RedSky. Ze ontvangen een token dat Webex Calling via de peeringverbinding doorstuurt naar RedSky wanneer een gebruiker met toegang 112 of 933 belt. APPARATEN MET HELD-captabel: Cisco-bureautelefoons 9871, 9861, 9851 en 9841 Cisco 6800, 7800 en 8800 Series bureautelefoons met multiplatformfirmware Cisco 7832 en 8832-conferentietelefoons met multiplatformfirmware Cisco DECT 6800-serie telefoons die draaien op multiplatformfirmware Cisco ATA 191 en ATA 192 draaien op multiplatformfirmware Cisco Room Series-, Desk Series- en Board Series-apparaten Zie Ondersteunde apparaten voor Webex Callingvoor een lijst met alle Webex Calling-apparaten.
Niet-GEHOUDEN-apparaten	Bij locatie bepalen via niet-HELD is de beslissing gebaseerd op de beller-id die is vastgesteld in de test of in een noodoproep. Wij adviseren om deze apparaten niet van de ene naar de andere locatie te verplaatsen zonder toestemming van de beheerder. Niet-GEHOUDEN-apparaten: Poly-apparaten VVX 101, VVX 150 VVX 201, VVX 250 VVX 301, VVX 311, VVX 350 VVX401, VVX 411, VVX 450 VVX 501 VVX 601 ALBUMS-serie: 8300, 8500, 8800 Apparaten met e-linken Telefoon uit de T3-serie: T33G Telefoon uit de T4-serie: T41S, T42S, T43U, T46U, T46S, T48S, T48U Telefoon T5-serie: T53W, T54W, T57W, T58A/T58V, EXP 40/50 CP920, CP960 Zie Ondersteunde apparaten voor Webex Callingvoor een lijst met alle Webex Calling-apparaten.
Webex-app	De Webex-app ondersteunt HELD+, net als alle andere HELD-apparaten, en heeft een bijgewerkte configuratie nodig om te communiceren met RedUpdate locatiegegevens server. Zodra de Webex-app is geconfigureerd, vraagt de Webex-app de gebruiker een adres in te voeren wanneer de gebruiker zich in een buiten het netwerk zit.

E911-integratie inschakelen in Control Hub voor uw organisatie

Nadat u een RedProvider-account en inrichting op basis van wiremap- en beller-id-informatie hebt aangemaakt voor een of meer sites, moet u vervolgens Webex Calling configureren met informatie die nodig is om noodoproepen te plaatsen voor deze E911-service.

Voordat u begint

Haal de HELD-bedrijfs-id en de geheime sleutel op via het RedDebeerbeheerdashboard. Deze waarde is een GUID (Globally Unique Identifier) die uw Control Hub-instantie rechtstreeks koppelt aan uw RedSky-organisatie.

1	Blader naar Uitgebreid noodoproepen en schakel vervolgens de service in.
2	Zorg ervoor dat deze overeenkomt met de juiste bedrijfs-id en de juiste bedrijfssleutel in de portal RedCode in de velden Bedrijfs-id en Geheime sleutel. U vindt de bedrijfs-id en de geheime sleutel in het gedeelte HELD van de RedPortal.

De volgende stap

Als de verbeterde schakelaar voor noodoproepen al actief is, kunt u altijd elke bestaande bedrijfs-id en geheime sleutel naar een andere wijzigen. Met deze functie kunt u de invoer corrigeren als u een ongeldige waarde hebt ingevoerd.

De E911-service voor alle locaties Webex Calling inschakelen

Nadat u de service op organisatieniveau hebt ingeschakeld, kunt u deze inschakelen voor afzonderlijke locaties binnen uw organisatie. In Control Hub zijn locaties configuratiecontainers waaraan gebruikersaccounts worden toegevoegd. Dit verschilt van de RedSky-configuratie, die de daadwerkelijke fysieke locatie van een apparaat probeert te volgen. Als u deze functie inschakelen voor een locatie in Control Hub , kunnen alle gebruikers die onderdeel zijn van die locatie.

1	Blader naar Uitgebreid noodoproepen en schakel vervolgens de service in.
2	Vink RedSky toestaan om informatie over de netwerkverbinding en testgesprekken te ontvangen aan, zodat MPP-telefoons gesprekken naar het noodtestnummer 933 van RedSky kunnen plaatsen. Sla uw wijzigingen vervolgens op. Met deze instelling wordt de apparaatconfiguratie bijgewerkt om HELD-functionaliteit in te schakelen voor alle apparaten die compatibel zijn met HELD op die locatie. Nadat de apparaten opnieuw zijn geïnitialiseerd en de nieuwe configuratie hebben herkend, sturen ze HELD-verzoeken naar de Location Information Server (LIS) van RedSky om te proberen een geldige locatie te bepalen. Met deze instelling worden ook alle testgesprekken (933) van die locatie omleiding naar de alarmprovider gerouted. Op dit moment worden noodoproepen (911) niet beïnvloed en doorgestuurd naar de PSTN-provider. Nadat u de wijzigingen hebt op slaan, wijzigt de status voor de locatie naar Locatie-integratie Aan.
3	Plaats testgesprekken naar 933 om ervoor te zorgen dat de gesprekken goed worden omgeleid voordat u volledige 911-omleiding voor de locatie inschakelt. Er kunnen testgesprekken worden geplaatst vanaf alle eindpunten die aan de locatie zijn toegewezen, waaronder vanaf apparaten die geschikt zijn voor HELD, softphones en niet-HELD-apparaten. De testoproep (933) verbindt de beller met een IVR die de beller-ID en het momenteel bekende adres voor dat apparaat aankondigt.
4	Nadat u hebt bevestigd dat de testgesprekken correct worden omgeleid, keert u terug naar het deelvenster Locatieoverzicht, klikt u op RedSky en schakelt u Noodoproepen omleiden naar RedSky in. Sla uw wijzigingen op. Met deze instelling wordt niet alleen gegarandeerd dat MPP-telefoons locatiegegevens van een RedSky LIS ontvangen, maar dat daadwerkelijke 112-oproepen ook naar RedSky worden doorgestuurd. Nadat u de wijzigingen hebt op slaan, wijzigt de status voor de locatie naar Routering aan.

Nadat de apparaten met HELD-functionaliteit, waaronder de Webex-app, die aan de locatie zijn toegewezen, opnieuw zijn geïnitialiseerd, zouden ze HELD-aanvragen moeten kunnen doen en tokens moeten kunnen ontvangen.
Ga in RedSky onder Organisatiebeheer naar HELD/HELD+ Optie Routing. Selecteer in dit vervolgkeuzemenu Gebruik DID voor fall-back routing van HELD. Als deze schakelaar op AAN staat, wordt er een noodoproep gedaan vanuit een HELD / Als u een HELD+-apparaat hebt (waarvoor geen adrestoewijzing is vastgelegd in de netwerkinformatie), controleert deze service op een overeenkomende DID (in Locaties of Gebruiker) en gebruikt het bijbehorende adres.

Voor niet-HELD-apparaten heeft de bovenstaande instelling geen invloed. Voor Non-HELD-apparaten controleert deze service altijd of er een overeenkomende DID is (in Locaties of Gebruiker) en gebruikt het bijbehorende adres.
DECT- en ATA-toestellen communiceren niet met deze service en hun oproepen worden doorgestuurd naar een hulpdienst. Configureer daarom het RedSky-beheerportaal met een locatie die is gekoppeld aan hun beller-ID.
Noodoproepen vanaf MPP-apparaten die zich niet fysiek op de wiremap bevinden (de locatie is niet ontdekt via HELD) worden behandeld op basis van hun bevestigde beller-id. Als er een locatie is gekoppeld aan het TN van een E911-gebruiker of aan de E911-locatie die overeenkomt met de beller-ID, wordt het gesprek op basis van deze criteria gerouteerd.
Met MPP-apparaten kunt u geen functies gebruiken tijdens een noodoproep, zoals in de wacht staan, vergaderen en doorverbinden.